Raoul
“In het jaar van de grote watersnood ben ik geboren (24 september 1953).
Het water liep toen ook in Rotterdam over de dijk, tenminste dat vertelde mijn oma. De blokfluit kwam toen ik zeven was, de cello op mijn negende.
Toen ik vijfentwintig werd stopten ze me een basgitaar in mijn handen en binnen een jaar was ik eraan verslaafd.”
Dat waren de eerste regels van mijn introductie in het eerste fanclubblad in augustus 1983 (ik ben inmiddels weer dol op geschiedenis). Nadat Noodweer in 1987 in een diepe slaap was geraakt, speelde ik nog twee jaar basgitaar. En ineens was de verslaving voorbij, tot mijn grote verbazing.
Gelukkig, twee jaar later kreeg ik de behoefte om kinderliedjes voor mijn dochter te spelen en wat is voor een snarenliefhebber logischer dan nog wat meer snaren. En zodoende raakte ik aan de gitaar verslaafd. En met niet onaardige resultaten. Ben er op zeker moment ook nog eens bij gaan zingen. Ja, heb uiteindelijk zelfs muziek voor een ballet gecomponeerd.
Maar nu gaan we eerst weer terug naar een nieuw begin en weer zal het ware Noodweer losbarsten en graag citeer ik nogmaals uit mijn stukje in het fanclublad:
“Als je weer naar een optreden van ons komt, hoop ik dat wij heel goed spelen en dat jij heel veel plezier hebt.”